Zoeken

Koop nu CO2-credits conform Kyoto!

Auteur

Jos Cozijnsen

De Klimaattop in Polen zet volgens Jos Cozijnsen conform het Parijs Akkoord de eerste stappen naar de CO2-markt. Volgens hem bieden de huidige Kyoto Protocol CO2-credits een goedkope uitweg voor het klimaatvonnis.

Eind vorig jaar zijn op de Poolse Klimaattop de eerste noodzakelijke stappen gezet voor een ambitieuze mondiale CO2-markt voor het Parijs Akkoord. Die afspraken werden gemaakt als onderdeel van het Rulebook om het Parijs Akkoord uit te voeren en de nationale klimaatplannen ambitieuzer te maken. Het Parijs Akkoord heeft een gezamenlijk CO2-doel: netto 0 emissies in 2100 en CO2-neutraal in 2050. De in 2015 ingediende Klimaatplannen moeten daarom regelmatig, in overleg, worden aangescherpt om de gezamenlijke CO2-doelen te halen.

De eerste keer moet dat in 2020 gebeuren. Premier Rutte zei op het World Economic Forum in Davos al dat hij samen met zijn Franse collega Macron gaat pleiten voor aanscherping van het EU CO2-doel voor 2030 van 40% naar 55% ten opzichte van 1990. Nederland bereidt met de klimaattafels alvast een verhoging naar 49% voor. Deze noodzakelijke verhoging zal zoals in de EU afgesproken, als gevolg daarvan, moeten leiden tot een aanscherping van het EU Emissiehandelssysteem en verhoging van de CO2-prijs. Door die aanscherping komen er elk jaar gewoon minder emissierechten op de markt.

Omdat de CO2-emissie mondiaal naar beneden moet, is een mondiale CO2-markt onmisbaar om ook emissies buiten de EU te financieren. Kort na 2050 zal de EU een negatief CO2-doel moeten hebben van, zeg, 120% om de doelen van het Parijs Akkoord te kunnen halen. Die extra 20% moet dan van de mondiale CO2-markt komen. Het goede nieuws is dat klimaatkosten volgens onderzoek in 2030 30% lager zijn dan als je alleen in eigen land maatregelen neemt. Voor 2050 liggen de kosten zelfs meer dan 50% lager. De CO2-markt kan volgens onderzoekers van de Universiteit van Maryland een mogelijke jaarlijkse waarde hebben van 270 miljard Amerikaanse dollar.

De afspraken over CO2-handel onder het Parijs Akkoord zijn nog niet afgerond. De details moeten nog worden afgesproken in onderhandelingen in 2019 om met name dubbeltelling van CO2-credits te voorkomen, zie ook: “Katowice Declaration on Sound Carbon Accounting: Avoiding Double Counting in Carbon Market.”, waarin bedrijven en milieuorganisaties om scherpe regels voor de CO2-markt vragen.

Tekst loopt hieronder door

Hieronder de belangrijkste aandachtspunten bij het uitwerken van die regels, waar ook de verklaring van Katowice naar verwijst:

Landen die CO2-credits verkopen, moeten de verkochte gereduceerde emissies weer bij de eigen emissierapportage optellen. Dit is de zogenoemde ‘Corresponding Adjustment’.

Hetzelfde geldt voor credits die worden verkocht aan luchtvaartmaatschappijen die deze credits gebruiken voor compensatie van CO2-emissies onder het ICAO/CORSIA CO2-systeem.

Er moeten regels komen voor het nieuwe VN credit-mechanisme: Social Development Mechanism. Dit moet leiden tot scherpere reducties van CO2-emissies in projecten dan er nu zijn door het creditmechanisme onder het Kyoto Protocol; het Clean Development Mechanism (CDM).

Er moet een richtlijn komen over voorkoming van dubbeltelling bij CO2-handel tussen landen, waarbij het verkopend land meer CO2-reducties behaalde dan verplicht in zijn Klimaatplan; de zo genoemde Internationally Transferred Mitigation Outcomes (ITMOs).

De huidige CO2-credits onder het Kyoto Protocol zijn overigens tot en met 2020 beschikbaar om een deel van het gat van de Urgenda klimaatzaak te vullen. Dat werkt zo. Voor de eerste Kyoto Periode 2008-2012 mocht Nederland de helft van de benodigde CO2-reductie halen met het kopen van CO2-credits van projecten in Oost-Europa en de ontwikkelingslanden. Voor het CO2-doel voor 2020 had Nederland daar niet voor gekozen. Maar nu Nederland niet aan het klimaatvonnis in de Urgenda-zaak kan voldoen, zou men in principe 9 megaton CDM-credits voor 10 euro per ton kunnen kopen. Dan kost dat dus 90 miljoen euro. Het kabinet heeft al 500 miljoen opzijgezet. Het vonnis stelt dat de 25% CO2-reductie betrekking heeft op Nederlandse emissies, maar volgens het Kyoto Protocol tellen verkregen CDM-credits mee als Nederlandse reducties. Het vonnis verbiedt dit niet. Ook andere landen gebruiken CDM-credits voor hun CO2-doel voor 2020: Noorwegen, Zweden, Zwitserland. Op de Parijs Klimaattop werd ook opgeroepen zoveel mogelijk CDM-credits vooral pre-2020 te gebruiken. Na 2020 ontstaat er een nieuwe mondiale CO2-markt.

“Naast besparing van belastinggeld, levert aanschaf onder Kyoto ook onmisbare ervaring op met de mondiale CO2-markt”

Er zijn naast de besparing van belastinggeld nog een aantal andere redenen om dit zo te doen:

Nederland heeft naast binnenlandse CO2-emissies ook een enorme internationale carbon footprint. Denk aan emissies door boskap, landbouw en internationaal transport. Op deze manier ken je emissies daar terugdringen en verklein je die footprint.

Een significant deel van de CO2-stijging komt door de groei van de industrie. Maar omdat de Nederlandse industrie efficiënter produceert dan elders in de EU, leidt dat in de EU tot netto minder CO2-emissies (-22% op dit moment). Het is onjuist om daar de Nederlandse industrie voor te straffen.

Sluiting van kolencentrales reduceert de CO2 onvolledig, omdat de door de toename van de stroomimport elders CO2-emissies bijkomen. Bij CDM gaat het daarentegen om echte CO2-reducties.

Nederland doet weer ervaring op met de mondiale CO2-markt. Deze ervaring is straks onmisbaar om mondiale CO2-emisies betaalbaar naar 0 te brengen.

Het is dus verstandig als de regering overweegt om voor een deel van de extra benodigde CO2-reducties voor de klimaatzaak CO2-credits onder het Kyoto Protocol aan te schaffen.

Jos Cozijnsen

Jos Cozijnsen is Carbon Specialist bij de Climate Neutral Group. Op Twitter is hij actief onder @timbales