Zoeken

Schaliegas heeft klimaatcrisis alleen maar dichterbij gebracht

Auteur

Hans Altevogt

Hans Altevogt, Greenpeace: "Van uitruil met kolen is geen sprake gebleken"

De wereld lijdt aan maniakale obesigas: de Amerikaanse schalierush, maar ook Japan, dat in zijn kustbodem wroet naar brandbare gashydraten. In de media verschijnen plaatjes met mondiale voorraden schaliegas en onderzeese methaanknollentuinen. Obesigas geeft geopolitieke rust en hoop aan wie vreesde voor magere jaren met steeds beklemmender energietekorten.

Deze fossiele euforie overschreeuwt een onconventionele gedachte: opsporen en winnen van al dat nieuwe gas mag niet, want verstoken leidt tot een overdosis CO2 in de atmosfeer, waardoor de superkritische temperatuurgrens van +1,5 tot 2 ºC wordt overschreden en de wereld richting + 4 ºC opstoomt. Volgens de World Energy Outlook 2012 mogen we daarom slechts een derde van de bewezen fossiele reserves verstoken. Dollar- en eurotekens in de schalieogen van fossiele vetzuchtigen verblinden elk besef van een begrensd koolstofbudget.

Mijn kennismaking met de Verenigde Schaliestaten van Amerika bracht aanvankelijk verwarring. In een opwelling van hoopvolle naïviteit voorzag ik vanuit mijn vertunnelde visie een fuel switch van kolen naar gas. Snelle klimaatwinst, want zo'n verschuiving halveert immers de CO2-uitstoot. En misschien betekende de winning van schaliegas het einde van die landschapverwoestende mountaintop coal removal in de bosrijke bergketens van de Appalachen.

Van een uitruil van brandstoffen bleek natuurlijk geen sprake. Het goedkope schaliegas gaat naar de Amerikaanse gascentrales die meer draaiuren maken, terwijl de gewonnen kolen wordt geëxporteerd. Ook de Nederlandse kolenhonger wordt gestild met import van afgetopte kolenbergen. Onze kolenimport uit de VS groeide volgens statistiekbureau Eurostat van 13 procent in 2011 naar 25 procent in 2012. Al dat extra aanbod op de wereldkolenmarkt drukt vervolgens de kolenprijs en daarom staan in Nederland nieuwe, efficiënte gascentrales stil en draait de oude, onrendabele kolenmeuk overuren. Tel uit je winst: winning van het nieuwe schaliegas heeft slechts de fossiele wereldreserves verruimd en onze wereld-outlook op onomkeerbare klimaatverandering opnieuw dichterbij gebracht.

Hoe voorspelbaar is de reactie van de energie-intensieve bedrijven in Nederland, zoals van AkzoNobel, DSM en Shell, georganiseerd in de zelfbenoemde Dutch Sustainable Growth Coalition. Ooit groot gegroeid dankzij goedkoop en concurrentieverstorend aardgas uit het vaderlandse Slochteren, piepen zij nu over de lage prijs van Amerikaans schaliegas. Wat politici vervolgens slappe knieën bezorgt, is hun dreiging om fabrieken uit Nederland te verplaatsen naar de VS. Even voorspelbaar is hun reactie: (nog) meer fiscale staatssteun of de bereidheid af te zien van effectieve klimaatprikkels, zoals CO2-beprijzing of verhoging van de energiebelasting. Landen nemen elkaar vervolgens in de houdgreep om comparatieve economische voordelen te scoren. Niks nieuws onder de zon, want dit (lid-)statelijk protectionisme als reactie op deze multinationale cherry picking is overal business as usual.

Bedrijfsverplaatsingen zijn kapitalisme-in-uitvoering. Met wat vulgair marxisme-van-de-koude grond is hun motivering heel eenvoudig: Das Kapital wil accumuleren door meer winst en minder kosten te maken. Daarom vestigen bedrijven (kapitaal) zich in landen waar arbeiders uitgebuit en grondstoffen goedkoop zijn en het milieu nog gratis mag worden vervuild. Om al deze redenen komen onze beeldschermen, spaarlampen, iPads, zonnepanelen en kleding uit landen als China en India.

En om dezelfde reden is schaliegas in Amerika nu even booming business. Echter, de schaliegaswinnende bedrijven lijden miljardenverlies door overschotten op de Amerikaanse gasmarkt en ook de milieuwal zal het Amerikaanse schalieschip ooit eens keren. Om beide redenen is die lage prijs van schaliegas geen blijvertje, weet ook de energie-intensieve industrie in Nederland.

Hans Altevogt is campagneleider bij Greenpeace

Volg Energiepodium op Twitter: @energiepodium

Hans Altevogt