Zoeken

Iran tracht zich te positioneren als betrouwbaar alternatief voor Rusland

Rob de Wijk: "Iran kan welvaren bij geschade vertrouwen"

In een interview met Thomas Friedman, de vermaarde columnist van de New York Times, erkende de Amerikaanse president Obama onlangs impliciet de geopolitieke zegeningen van de Amerikaanse schalierevolutie. Sprekend over een op handen zijnde nucleaire deal met Iran stelde hij dat het vitale belang van de Verenigde Staten in het Midden-Oosten niet langer olie en gas is, maar vrede.

Die deal is er nu. Het valt niet te ontkennen dat deze van historische proporties is omdat er nu voor het eerst sinds de val van de Sjah in 1979 enig zicht is op de normalisering van de betrekkingen met Iran. Maar nog belangrijker is dat Iran meer armslag in het buitenlandbeleid krijgt en zich kan gaan ontwikkelen tot regionale grootmacht. Dat zal kunnen leiden tot een confrontatie tussen het Sjiitische Iran en de Soenitische wereld onder aanvoering van Saudi-Arabië. Als die confrontatie zich niet vertaalt in een nieuwe wapenwedloop of oorlog, dan zullen er zeker botsingen komen op energiegebied.

Zeker is dat Iran in hoog tempo zal proberen de productie van olie op te voeren. De olieproductie ligt nu op 2,8 miljoen vaten per dag. Over een jaar zouden dat er tussen de 300.000 en 500.000 extra kunnen zijn. Hoeveel extra geld dit in het laatje brengt, valt overigens nog te bezien. Want landen als China, India, Japan, Turkije en Zuid-Korea krijgen nu een korting, die na het verdwijnen van de sancties vermoedelijk zal worden geschrapt. Bovendien lijkt de prijs van olie door de extra aanvoer uit Iran de komende tijd laag te blijven. Om Iran er van te weerhouden een financiële basis voor zijn machtspolitiek te leggen zal Saoedi-Arabië er bovendien alles aan doen om die prijs laag te houden. De Iraanse president Hassan Rouhani voorspelde onlangs echter dat de Saoedi hiervan zelf het slachtoffer zullen worden.

Het meest interessant is echter de toekomstige Iraanse gaspolitiek, die tot een confrontatie met Rusland kan leiden. In 2007 blokkeerde Gazprom al eens de mogelijkheid om Iraans gas via Armenië naar Europa te transporteren. Maar sinds de Oekraïnecrisis vorig jaar uitbrak tracht Iran zich, onder meer bij monde van Rouhani, te positioneren als een betrouwbaar alternatief voor Rusland, dat momenteel de grootste gasleverancier voor Europa is. Ook het EU-Directoraat voor Externe Betrekkingen stelde dat in het licht van de Oekraïnecrisis Iran de enige concurrent van Rusland is.
““Kennelijk denkt Rusland nu dat de export van Iraans gas naar Europa zo’n vaart niet zal lopen””
Een probleem is dat Iran nauwelijks exporteert en feitelijk zijn hele gasproductie zelf nodig heeft, terwijl het over zeer grote reserves beschikt. Evenals bij de oliewinning dient nieuwe, vooral Westerse technologie te worden aangewend om de winning profijtelijk te maken, de efficiëntie te vergroten, de binnenlandse consumptie te beperken en de export op gang te brengen.

Iran stelt drie mogelijke exportroutes voor: via Irak; via Armenië en Georgië en dan door de Zwarte Zee; en via Turkije. Turkije lijkt een sleutelrol te gaan spelen.

Kennelijk denkt Rusland nu dat de export van Iraans gas naar Europa zo'n vaart niet zal lopen, anders zou het Kremlin zich niet zo voor de genoemde nucleaire deal tussen Iran, de VS, China en de Europese landen hebben ingespannen. Bovendien investeert Gazprom in Turkish Stream dat gas van Rusland naar Turkije moet transporteren, terwijl met de Griekse premier Tsipras een MOU is getekend over de mogelijke aanleg van een pijpleiding vanuit Rusland, via Griekenland, naar Zuid- en Midden-Europa. Daarnaast zijn er plannen voor de verdubbeling van de capaciteit van North Stream. Gezien alle hobbels die Iran moet overwinnen, zal het jaren duren voordat Iran een betekenisvolle exporteur is. Maar als de leiders in het Kremlin inschatten dat over vijf tot tien jaar de betrekkingen tussen de EU en Rusland wel zullen zijn genormaliseerd en dat er daarom geen aanleiding meer zal zijn voor Europa om naar alternatieven te kijken, dan kan dat wel eens een misvatting zijn. Daarvoor is het vertrouwen tussen Rusland en de EU te zeer geschaad. Iran kan daar uiteindelijk wel bij varen.

Rob de Wijk is directeur van het The Hague Centre for Strategic Studies (HCSS) en professor Internationale Betrekkingen aan de Universiteit Leiden. In zijn column gaat hij in op de energievoorziening in het licht van de internationale verhoudingen.

Rob de Wijk

Rob de Wijk is directeur van het The Hague Centre for Strategic Studies (HCSS) en professor Internationale Betrekkingen aan de Universiteit Leiden. In zijn column gaat hij in op de energievoorziening in het licht van de internationale verhoudingen.