"Het uitzetten van kolencentrales is verreweg de meest reële optie"
Ruim twee maanden na de toch wel historische uitspraak is zo zoetjes aan duidelijk geworden hoe politiek Den Haag denkt om te gaan met de klimaatzaak van Urgenda. Om juridische scherpslijpers en de VVD te pleasen kiest het kabinet met een hoger beroep voor een betreurenswaardig achterhoedegevecht. De PvdA-bewindslieden trachten hun gezicht te redden door het mantra dat er ‘begonnen wordt met de uitvoering van het vonnis', hoewel de eerste extra maatregel getuige een kabinetsbrief, nog tot juni 2016 op zich zal laten wachten. Te hopen valt dat de Kamer wat minder geduld heeft.
ECN en PBL zetten die discussie vast lekker op scherp door een quickscan te doen naar de opties die er zijn om 25 procent CO2-reductie te halen. Alleen door vrij fors in te grijpen op het gebied van energiebesparing in de industrie, gebouwde omgeving en verkeer zal het mogelijk zijn in de buurt te komen van de afgesproken ambities van het Energieakkoord. Maar daarmee zijn we er nog niet. De rekenmeesters stellen spijkerhard dat ingrepen in onze huidige energiemix onontkoombaar zijn om aan het vonnis van de rechter te kunnen voldoen. Ongeveer een derde van het beleidsgat, zoals dat in fraai Haags jargon heet, moet komen van maatregelen om de uitstoot van kolencentrales te beperken.
““Er wordt wel eens de suggestie gewekt dat er in het Energieakkoord óók afspraken zouden zijn gemaakt over het bestaansrecht van nieuwe centrales. Niets is minder waar””
Die constatering zal pijn doen in kringen van E.ON, Essent, GDF en NUON. Want deze Duitse, Franse en Zweedse energiereuzen zijn eigenaar van de twee jaren-negentig-centrales en drie spiksplinternieuwe kolencentrales die ons land nog rijk is als de oude beestjes uit de jaren tachtig hun poorten sluiten. Die sluiting van oude centrales vloeit voort uit het Energieakkoord, waarin verder werd afgesproken de kolenbelasting af te schaffen en beperkte bijstook van biomassa toe te staan, mits van duurzame oorsprong.
Er wordt wel eens de suggestie gewekt dat er in het Energieakkoord óók afspraken zouden zijn gemaakt over het bestaansrecht van nieuwe centrales. Niets is minder waar, daar kwamen de onderhandelaars gewoon niet uit. Bewijs daarvoor is wel het feit dat Greenpeace tot op de dag van vandaag in een bittere juridische strijd verwikkeld is over de natuurvergunning voor de nieuwe centrales. Hun bestaansrecht is door ons nooit erkend, laat staan hun nut voor onze energievoorziening. Partners van het Energieakkoord hebben de handen dus geheel vrij om zich in deze onvermijdelijke discussie te mengen, zonder dat er aan de afspraken uit dat akkoord gemorreld hoeft te worden.
In de discussie over het terugdringen van de CO2-uitstoot van de vijf resterende kolencentrales geven ECN en PBL drie schoten voor de boeg. De eerste optie is om meer biomassa te gaan bijstoken. Los van het feit dat dat nou net wél in strijd is met het Energieakkoord, is die optie niet verstandig. Duurzame biomassa is nog maar matig beschikbaar en bijster innovatief is deze oplossing evenmin: je moet blijven subsidiëren en verbetert niks aan het energiesysteem. Optie twee is CCS: de afvang en opslag van CO2. Ook een dure hobby, zeker als je op termijn helemaal van kolenstroom af wil. Los daarvan wordt er al jaren aan dat dode paard getrokken; het is niet erg waarschijnlijk dat zulks nu opeens wel lukt. Blijft over: het uitzetten van kolencentrales en (in afwachting van meer schone energie) het gat opvangen met wat meer gas, dikwijls via warmtekrachtkoppeling. Dat is ook niet pijnloos voor menig portemonnee, maar van de drie verreweg de meest reële optie.
Genoeg beren op de weg natuurlijk. Kolenbedrijven zullen moord en brand schreeuwen over de onbetrouwbare overheid. Maar had iemand mededogen met de eigenaren van gasbedrijven die hun (soms nagelnieuwe) centrales in de mottenballen moesten doen of zelfs ontmantelden door de lage kolenprijs? Ook wordt er vaak gewezen op weglekeffecten, maar laten we die niet overdrijven: grenseffecten zullen er altijd zijn en in Duitsland staat de discussie over het beperken van kolencapaciteit ook niet stil. Ook qua regelgeving zijn er breinbrekers, maar door de rendementseisen aan te scherpen krijgen we de jaren tachtig-centrales óók dicht.
De ongemakkelijke waarheid dat ingrijpen in de energiemix onvermijdelijk is als je in 2020 25 procent CO2 wil besparen, zal niet gelijk een warm onthaal krijgen in heel politiek Den Haag. Maar het zou het debat ernstig ten goede komen als tegenstanders van deze optie zich wel verplicht voelen andere haalbare maatregelenpakketten naar voren te schuiven. Dat zal hen nog niet meevallen.
Joris Wijnhoven is Campagneleider Klimaat en Energie bij Greenpeace Nederland