Zoeken

Onbenoemde problemen

Auteur

Rob de Wijk

Tijdens de recente ontmoeting zegden de Chinese en de Amerikaanse president toe om samen te werken op klimaatgebied. Dat is volgens Rob de Wijk hard nodig, want beide landen zijn goed voor ongeveer 40% van de totale uitstoot aan broeikasgassen. “Samenwerking tussen de beide grootmachten betekent nog niet dat klimaatbeleid succesvol is. Kijk naar Nederland waar het klimaat een ondergeschoven kindje in de verkiezingscampagne was. Dat is geen toeval.”

Goed nieuws voor de klimaattop COP28 die in Dubai van start gaat. Tijdens hun recente ontmoeting in San Francisco zegden de Chinese president Xi en de Amerikaanse president Biden toe om samen te werken op klimaatgebied. Dat is hard nodig, want beide landen zijn goed voor ongeveer 40% van de totale uitstoot aan broeikasgassen. Afgezien van de wens om in 2030 te streven naar verdrievoudiging van de duurzame energie, kwamen beide landen niet met concrete voornemens. Het goede nieuws is echter dat beide landen weer met elkaar praten. Dat is zeker goed voor de wereldvrede, maar mogelijk ook voor het klimaat. Want een akkoord tussen de VS en China in 2015 maakte toen de weg vrij voor het klimaatakkoord van Parijs.

Significant is dat China nu erkent dat er ook gesproken moet worden over de uitstoot van het agressieve methaan. Het aan banden leggen daarvan hoort bij het laaghangende fruit. Precies daarom spraken tientallen landen in 2021 af om hun emissies voor 2030 met 30% te verminderen. Nu zou ook China mee kunnen doen.

Maar samenwerking tussen de beide grootmachten betekent nog niet dat klimaatbeleid succesvol is. Kijk naar Nederland waar het klimaat een ondergeschoven kindje in de verkiezingscampagne was. Dat is geen toeval.

“Regeringen staan voor drie uitdagingen: politiek draagvlak voor de transitie behouden, de klimaatdoelen behalen en de begroting op orde houden”

Het ging om bestaanszekerheid. Mensen moeten de rekeningen kunnen betalen. Maar de inflatie wordt vooral aangejaagd door hoge energieprijzen. De oorzaak is bekend. In 2022 is afgesproken om nauwelijks meer olie en gas uit Rusland te importeren. Als je dan duur LNG uit de VS of Qatar moeten halen, dan weet je dat zo’n maatregel gevolgen voor de ‘gewone man’ heeft. Die zou kunnen worden verteld, dat dit nu eenmaal de prijs is die we moeten betalen als er oorlog in Europa uitbreekt. Maar nee, de nadelige effecten werden met tegemoetkomingen weggemasseerd, terwijl de bestaanszekerheid vervolgens via een omweg toch nog wordt getroffen.

Het IMF heeft er immers voor gewaarschuwd dat regeringen voor drie uitdagingen staan: politiek draagvlak voor de transitie behouden, de klimaatdoelen behalen en de begroting op orde houden. Tijdens de afgelopen verkiezingscampagne was dit de spreekwoordelijke olifant in de kamer. Dit probleem werd nauwelijks benoemd, terwijl allerhande maatregelen werden bedacht om ‘de hardwerkende Nederlander’ te sparen. Dat klinkt mooi. Maar tegelijkertijd wordt genegeerd dat de energieprijzen ten opzichte van andere delen van de wereld hoog blijven, waardoor de concurrentiepositie van Europa en daarmee van Nederland wordt ondermijnd. Daardoor wordt het verdienvermogen van ons land aangetast en krijgt de hardwerkende medemens minder geld in de portemonnee. ‘Brussel’ begrijpt dit.

In Duitsland woedt inmiddels een debat over de-industrialisatie. Bedrijven vertrekken naar Amerika of China omdat daar de energiekosten blijvend laag zijn.

En zo kan het gebeuren dat de ontmoeting tussen Biden en Xi meer hoop voor een groene toekomst geeft, terwijl de EU als koploper van de vergroening als gevolg van te hoge energieprijzen op de rem dreigt te gaan staan.

Rob de Wijk

Rob de Wijk is directeur van het The Hague Centre for Strategic Studies (HCSS) en professor Internationale Betrekkingen aan de Universiteit Leiden. In zijn column gaat hij in op de energievoorziening in het licht van de internationale verhoudingen.