Zoeken

‘Wij willen de katalysator van de energietransitie zijn’

Energiepodium sprak met president-directeur Marjan van Loon van Shell Nederland over het spanningsveld waarin een oud olie- en gasbedrijf als Shell moet opereren om jong te blijven. “De toekomst is onzeker en de zekerheden van het verleden zijn verdwenen.”

Marjan van Loon staat vanaf 2016 aan het hoofd van Shell Nederland. Sinds haar aantreden heeft Shell een strategische ommezwaai gemaakt. Het olie- en gasbedrijf investeert in Nederland inmiddels meer in energietransitieprojecten dan in de traditionele fossiele activiteiten. Een buitenstaander zou kunnen verwachten dat deze koerswending juist in groene kringen op veel waardering kan rekenen, maar zo werkt het niet. Shell is en blijft voorlopig voor het leeuwendeel van zijn omzet afhankelijk van ‘oude’ energie en dat wordt het concern aangerekend, met name door activisten die waarschuwen dat we snel van alle fossiele brandstoffen afscheid moeten nemen om de doelstellingen van het Akkoord van Parijs te halen.

Van Loon wijst deze kritiek van de hand. Shell, betoogt ze, heeft de inkomsten uit conventionele activiteiten hard nodig om de miljardeninvesteringen in duurzame energie op te kunnen brengen. Daarvoor moet Shell, net als elke organisatie, verschillende stakeholders met diverse belangen aan zich binden. Aandeelhouders vertegenwoordigen een ander belang dan klanten en willen een goed rendement op hun investering. De overheid wil steun voor het beleid en bij de uitvoering daarvan. NGO’s willen de wereld veranderen, liever gisteren dan vandaag.

“De toekomst is onzeker en de zekerheden van het verleden zijn verdwenen”

Maar hoe moet je omgaan met dat spanningsveld? Je kunt onmogelijk iedereen altijd te vriend houden. Vertaald naar de energietransitie: het risico dat investeringen in duurzame energie – in tegenstelling tot die in fossiele bronnen – voorlopig weinig opleveren of zelfs geld kosten, is reëel. Hoe rechtvaardig je dat, terwijl je ook altijd onder druk staat om mooie cijfers te presenteren?

Van Loon: “We hebben geen keus. Wat ik probeer, is om met het team en al die stakeholders eromheen ons aandeel in de energietransitie vorm te geven. Dat kan Shell onmogelijk alleen. Daarvoor is het een veel te complex en dynamisch proces. Wij willen wel graag een actieve speler zijn en leiderschap tonen. De toekomst is onzeker en de zekerheden van het verleden zijn verdwenen. Desondanks kun je samen met stakeholders de benodigde stappen zetten. Dat proces is al volop gaande. En daar zijn wij als Shell behoorlijk succesvol in. We zijn al véél verder in Nederland dan veel mensen weten. Het grootste deel van onze investeringen hier gaat naar duurzaam. We hebben de afgelopen twee jaar voor 4 miljard euro aan transitieprojecten goedgekeurd. Daar staat zo’n 300 miljoen per jaar aan fossiele uitgaven tegenover. Denk bijvoorbeeld aan kosten voor onderhoud aan bestaande installaties. Het geld gaat dus hoofdzakelijk naar de toekomst, terwijl – zeg maar – de winkel openblijft. Dat gebeurt in alle sectoren. Er komen grote waterstofprojecten aan, de tankstations zijn aan de gang, we zijn bezig met geothermie, wind – en zonneparken en bouwen een grote fabriek voor biobrandstoffen.”

“Er zijn veel partijen bij betrokken. De overheid moet Europees beleid implementeren. Uitvoering van het Klimaatakkoord vereist dat er proactief geïnvesteerd wordt in infrastructuur. Als dat allemaal goed wordt gecoördineerd, dan vinden wij de investeringen verantwoord, ondanks de onzekerheid. Voorwaarde is dat ik begrijp wat de andere partijen willen. Ik kan toetsen hoeveel elektrische laadpalen zij nodig hebben, hoeveel waterstof voor zwaar transport of industrie, biobrandstoffen voor de luchtvaart. Daar kunnen wij een business case op bouwen, maar dan verwacht ik van de andere partijen wel dat zij ook leveren.”

“Iedereen bij ons gelooft in het verdienmodel van de toekomst, maar er moet nog veel gebeuren”

-Zetten de actuele gebeurtenissen – de inval van het Russische leger in Oekraïne en de reactie van het Westen daarop – alle plannen niet op hun kop? Meer aardgas en olie uit andere dan Russische bronnen. Meer kolen om gas te besparen. Kortom, niet minder maar meer nadruk op fossiele energie, omdat we voorzieningszekerheid nodig hebben.

Van Loon: “Ik denk dat dit soort verstoringen op zich niet uniek is. We hebben in het verleden te maken gehad met olieprijzen van 10 euro of minder. Dat is nog niet zo lang geleden. We dachten dat het Groningenveld tot 2070 open zou blijven. Dat de zaken niet lopen zoals je hoopt, is deel van het leven. De maatschappij ontwikkelt zich niet gradueel, maar met schokken. Het gaat erom dat je robuust genoeg bent om daar mee om te gaan. Ik constateer dat door de oorlog in Oekraïne de wil om de energietransitie uit te voeren alleen maar sterker is geworden. Wij willen versnellen, de Europese en Nederlandse overheid willen dat ook. We beseffen echter dat er op dit moment nog niet genoeg duurzame energie is en dat we voorlopig afhankelijk blijven van fossiele bronnen.”

-Mogen we dat interpreteren als sterk blijven in de oude economie om succesvol te zijn in de nieuwe?

“Dat klinkt me te conservatief. Het gaat om financiële weerbaarheid. Zonder dat kunnen we geen stappen zetten. Als je failliet gaat, heb je geen perspectief. Daarom moeten we in de energiemarkten van vandaag blijven acteren. Dat is in Nederland een moeilijk verhaal. De energie van vandaag komt nu eenmaal nog steeds vooral uit benzine, diesel, kerosine en gas. Daar verdienen we het geld mee dat we kunnen investeren in de toekomst. Ik moet vaak uitleggen dat we niet bang zijn voor de risico’s van de energietransitie. Iedereen bij ons gelooft in het verdienmodel van de toekomst, maar er moet nog veel gebeuren. Dat kunnen we niet als we financieel niet gezond blijven.”

“De overheid moet sommige zaken verbieden, andere anders beprijzen, belastingen heffen, subsidies verdelen”

-Je zei dat samenwerken met zoveel verschillende partijen om coördinatie vraagt. Is dat niet hetzelfde als zeggen dat de vrije markt op dit punt faalt en overheden, hier en in Europa, dus de regie moeten overnemen?

“Het is duidelijk dat de overheid een grotere rol moet krijgen dan in het verleden. Dat heeft te maken met het feit dat nieuwe energiemarkten moeten worden ingericht. De overheid moet sommige zaken verbieden, andere anders beprijzen, belastingen heffen, subsidies verdelen. In het verleden zijn de spelregels voor fossiele energie bepaald. De overheid kon daarna achteroverleunen en de vrije markt haar werk laten doen. De spelregels voor duurzame energie worden op dit moment bedacht. Ik ben heel blij met de ambitieuze plannen van de Europese Unie op dit punt. Daardoor ontstaat een level playing field. Als straks die regels en systemen zijn ingevoerd, kunnen de markten hun werk weer doen, omdat dit uiteindelijk tot de laagste prijs voor de consument leidt.”

De tekst loopt hieronder door.

-De voorbeelden die je noemt betreffen voornamelijk regulering, belastingen en subsidies. Destijds, na de ontdekking van het gasveld in Groningen, heeft de Nederlandse overheid gekozen voor een zéér actieve betrokkenheid bij de exploitatie van het veld en de verkoop en distributie van het gas. Is dat opnieuw nodig voor de ontwikkeling van de nieuwe, duurzame energiebronnen?

“Dat gebeurt al. EBN (Energie Beheer Nederland, red.) is bijzonder actief bij het op de kaart zetten van aardwarmte. Ze sluiten partnerschappen, delen in de risico’s. Bij het Porthos CCS-project in Rotterdam zijn de publieke partijen EBN, Gasunie en de haven van Rotterdam zeer nadrukkelijk betrokken om de publiek-private samenwerking vorm te geven. TenneT legt de kabels voor nieuwe windparken. Het gaat in al deze gevallen om voorinvesteringen in infrastructuur die voor de private partijen te risicovol zijn, omdat de betreffende energiesystemen nog te klein zijn of er nog te veel onzekerheid is over toekomstige Europese en nationale regulering. Het doel is om, zodra dat kan, het weer aan de vrije markt over te laten.”

“Innovatie kan helpen om problemen op te lossen, maar gedragsveranderingen zijn ook belangrijk”

-In een situatie waar schaarste ontstaat, zoals nu door het wegvallen van importen uit Rusland, kan de overheid ook de rol van marktpartij overnemen. In Brussel wordt al langer nagedacht over het sluiten van langetermijncontracten voor gas namens lidstaten. De Staat zou ook het vullen en beheren van gasbergingen voor zijn rekening kunnen nemen. Goed idee?

“De overheid heeft een zorgplicht, zodat mensen hun huizen kunnen verwarmen en industrieën niet stil komen te liggen. Als het op dit punt misgaat, zal ze zeker ingrijpen. Over hoe dat het beste zou kunnen, bestaat geen consensus. Zuidelijke EU-lidstaten zijn voorstander van het cappen van energieprijzen. Landen als Nederland willen de vrije markt zo lang mogelijk intact laten, onder andere door ervoor te zorgen dat de bergingen voldoende gevuld zijn. Daarom heeft EBN de opdracht gekregen de opslag in Bergermeer te laten vullen door Taqa. Dat vind ik begrijpelijk. We moeten voorbereid zijn op het scenario waarin de invoer van Rusland is gestopt, maar we nog niet voldoende alternatieven hebben. Nogmaals: dat is primair een overheidstaak. Wij kunnen wel helpen. Voorbeeld: capaciteitscontracten voor LNG. Gasunie heeft gevraagd of Shell en anderen die contracten kunnen sluiten.”

-Shell is bij uitstek een technologiebedrijf en heeft in de loop der jaren veel geïnvesteerd in innovatie. Is technologie de ultieme oplossing van het klimaatvraagstuk of moet er meer gebeuren: Aanpassing van levensstijl, consuminderen, accepteren dat de economie niet eindeloos kan blijven groeien en een bedrijf als Shell dus ook niet?

“Ik denk dat we ook kritisch moeten kijken naar onze manier van leven. Innovatie kan helpen om problemen op te lossen, maar gedragsveranderingen zijn ook belangrijk. Onze generatie is zich pas recentelijk bewust geworden van wat we allemaal weggooien, hoeveel afval we creëren, zowel qua CO₂ als materialen. Daar stonden de meesten nooit zo bij stil, totdat we meer leerden over klimaatverandering, biodiversiteit, circulariteit.”

“We beseffen, denk ik, allemaal dat we te laat zijn begonnen”

-Het klinkt als een soort Catch 22. Zodra de groei vertraagt of de economie zelfs krimpt, is Leiden in last. Er ontstaan direct sociale problemen: bedrijven die over de kop gaan, meer werkloosheid, minder geld voor cultuur, enzovoort.

“Ik geloof daar niet zo in. Ik denk dat maatschappelijke waarde de kern is. De samenleving zal anders worden vormgegeven. Als we het dus over groei hebben, dan hebben we het over groei in een andere maatschappelijke context. Je blijft streven naar groei van welvaart en welzijn, maar met andere parameters, andere zaken die de samenleving waardevol vindt.” “De wereld verandert en wij veranderen mee. Je moet continu wendbaar zijn. We kunnen nu niet de ideale toekomst ontwerpen. In de energietransitie zullen we voortdurend met nieuwe feiten en actualiteiten worden geconfronteerd die tot aanpassing dwingen.”

-Onlangs heeft het IPCC weer een rapport gepubliceerd dat de temperatuur nog harder stijgt dan al werd gevreesd. Gaat het allemaal niet veel te traag?

“We gaan zeker niet snel genoeg, niet als maatschappij, niet als Europa, niet als land en ook niet als Shell. We beseffen, denk ik, allemaal dat we te laat zijn begonnen. Versnelling is dus absoluut nodig. Daarnaast is klimaatadaptatie onvermijdelijk. Als alle partijen de handen ineenslaan, kunnen we nog veel bereiken. Onderweg zullen we uitvinden of we nog sneller kunnen.

“De mensen merken dat Shell bezig is een heel andere speler te worden”

-Kan Shell nog wel hetzelfde bedrijf blijven, met alle veranderingen die nu plaatsvinden en nog zullen komen?

“Nee, we staan voor een van de grootste uitdagingen in onze geschiedenis. Wij gaan van een fossiele, aanbodgestuurde markt naar een energiehuishouding die vooral lokaal vorm krijgt, met nieuwe marktmodellen, nieuwe waardeketens. Dat betekent dat er binnen Shell ook veel wijzigt. We veranderen. De laatste reorganisatie heeft het bedrijf als het ware gekanteld. Van het oorspronkelijke upstream-downstream-model zijn we overgestapt naar een sectorale aanpak: maritiem, industrie, luchtvaart, mobiliteit. We leggen daarbij de nadruk op landen en de lokale energietransities, omdat je zo afhankelijk bent van samenwerking met plaatselijke overheden en partners. De kern van onze cultuur blijft natuurlijk hetzelfde. We waren, zijn en blijven een innovatief technologiebedrijf, maar dus binnen een andere context. ”

Je staat nu zes jaar aan het hoofd van Shell Nederland. Ben je tevreden over wat tot nu toe is bereikt.

“Niet alleen tevreden, ook trots. We hebben de afgelopen jaren iets moois neergezet. Denk aan de windparken die we op zee hebben gebouwd, de ontwikkeling van grootschalige waterstofproductie, geothermie, ombouwen van tankstations. De mensen merken dat Shell bezig is een heel andere speler te worden. Op dat punt hebben we initiatief getoond. Want ook dat is Shell: niet alleen technologie en innovatie maar ook ondernemerschap. Wij willen de katalysator van de energietransitie zijn.”

Tekst: Anton Buijs