Er is geen recept voor het maken van draagvlak. Ik moet het eerste perfecte, grootschalige wind- of zonneproject nog meemaken. Het enige dat we kunnen doen is de processen zo inrichten dat de omgeving een gelijkwaardige partner wordt in het project. Dit zorgt ervoor dat er open en transparante communicatie is, dat bewoners echte zeggenschap hebben en dat zij door samen te ondernemen niet een gift krijgen, maar zelf hun eigen inkomsten voor hun leefomgeving ontwikkelen. Al deze punten zitten ingebakken in het proces wanneer de omgeving mede-eigenaar is van het proces en de uitkomsten. Het resultaat zal in de meeste gevallen draagvlak zijn.
Zo langzamerhand weet iedereen dat in het Klimaatakkoord staat dat we bij nieuwe duurzame projecten op land streven naar 50% eigendom van de productie van de lokale omgeving. Wat veel mensen niet weten is dat deze zin ingebed is in een halve pagina waarin een proces wordt beschreven. Dit is niet voor niks, want we willen graag draagvlak voor de energietransitie. Draagvlak ontstaat in een goed proces. Het woord draagvlak stuit vaak op veel misverstanden. Het is vaag en wordt nogal eens als een doel gezien. Het lijkt wel alsof je dit met een paar ingrediënten, zoals een energiecoöperatie, een omgevingsfonds, en goede informatie, kunt maken. Alsof je een draagvlaktaart bakt.
“Met eigendom van de lokale omgeving zit een goed participatieproces ingebakken in je duurzame energieproject”
Het is echter geen doel, maar een uitkomst van een proces, ongeacht welke ingrediënten je toevoegt. Met eigendom van de lokale omgeving zit een goed participatieproces ingebakken in je duurzame energieproject. Wanneer je streeft naar lokaal eigendom begint het proces vanaf een ander startpunt. Alle partijen, zowel ontwikkelaar als omgeving, kunnen nu op gelijk niveau met elkaar in gesprek om samen te ondernemen; als ontwikkelpartners.
Vergelijk dit met de start van een proces waarin een initiatiefnemer draagvlak wil gaan bakken met een aantal ingrediënten. De omgeving krijgt een pakket aangeboden, bijvoorbeeld: een paar informatieavonden, obligaties en een omgevingsfonds. De mensen uit de omgeving gaan nu overwegen of ze het plan kunnen accepteren met het aangeboden pakket. Als het plan slecht ontvangen wordt gaan ze in veel gevallen, ondanks de goedbedoelde ingrediënten, in de weerstand.
“De bijna radicale transparantie zorgt voor vertrouwen, en juist dit vertrouwen heeft draagvlak als gevolg”
Als de omgeving een gelijkwaardige partner is in het project, wat inherent is aan 50% lokaal eigendom, ontstaat er een zorgvuldig proces. De omgeving organiseert zich vaak in een coöperatie van bewoners en bedrijven. Iedereen uit de omgeving kan meedoen door lid te worden en ieder lid heeft, naar goed coöperatief gebruik, ongeacht zijn of haar investering, één stem op de Algemene Ledenvergaderingen.
Het bestuur van de coöperatie is verantwoordelijk en de leden kunnen het bestuur aanspreken op de ontwikkelingen rondom het project. Het bestuur zorgt voor een constante informatiestroom over de projectontwikkeling. Zo wordt de omgeving niet alleen over de ruimtelijke inpassing geïnformeerd, maar ook over de businesscase en toekomstige winst. De bijna radicale transparantie zorgt voor vertrouwen, en juist dit vertrouwen heeft draagvlak als gevolg.
“Belangen worden in balans gebracht door mensen die in de omgeving wonen en tegelijkertijd daar aan het ondernemen zijn”
De coöperatieleden zitten dan niet in een passieve, ontvangende positie, maar hebben daadwerkelijk zeggenschap (gemandateerd aan het bestuur). Vanuit hun zeggenschap worden de belangen van de omgeving integraal ingebed in het proces. Dit zorgt er voor dat er een goede balans komt tussen de belangen van de omgeving met betrekking tot de ruimtelijke inpassing, en de belangen van de onderneming met betrekking tot de businesscase. Beide belangen worden nu in balans gebracht door mensen die in de omgeving wonen en tegelijkertijd in die omgeving aan het ondernemen zijn.
Lokaal eigendom zorgt ook voor het gesprek over wat er gaat gebeuren met de winst van de onderneming. De omgeving blijft via de coöperatie immers eigenaar van het project. Bij de besteding van de winst moet ook weer een balans gevonden worden tussen winst op kapitaal (investerende leden) en winst voor de maatschappij (leden als omwonenden). Dit zijn heel andere gesprekken dan wanneer een initiatiefnemer geld aanbiedt aan de omgeving vanuit zijn of haar onderneming. Het ene gesprek gaat over compensatie van lasten, het andere over collectief maatschappelijk ondernemerschap. De eerste heeft een negatieve insteek, de tweede een positieve.