Hans van Cleef: "OPEC is niet dood, maar juist
springlevend"
De olieproducenten bevinden zich dan ook in een lastige situatie. Op het moment dat zij het akkoord niet zullen verlengen, zal de productie (binnen de OPEC) oplopen en zorgen voor neerwaartse druk op de olieprijs. Als zij het akkoord wel verlengen, bestaat het risico dat de mondiale groei van de vraag naar olie volledig wordt ingevuld door de Amerikaanse schalieolieproducenten. Dit zou ertoe leiden dat het marktaandeel langzaam maar zeker verschuift van de OPEC richting de VS.
De missie van de OPEC is ruwweg het coördineren van beleid tussen haar leden. Dit beleid heeft als doel om de markt te stabiliseren ten behoeve van inkomsten voor producenten, om consistente aanlevering te realiseren tegen een scherpe prijs voor olie-consumenten, en om een mooi rendement te bieden aan beleggers. Hoewel stabiliteit de afgelopen jaren niet aan de prijs was af te lezen, heeft de OPEC - en haar partners - uiteindelijk weer een balans tussen vraag en aanbod weten te creëren.
““De mondiale vraag naar olie zal de komende jaren gestaag blijven toenemen””
De geschiedenis verklaart
de angstvallige houding van de OPEC ten aanzien van verschuiving van het
marktaandeel. In de tachtiger jaren heeft de OPEC meerdere malen de productie
verlaagd om ruimte te bieden aan andere olieproducenten en om daarmee een
overaanbod van olie te voorkomen. De olieproductie in andere regio's en landen
- zoals de Sovjet-Unie, de VS, de Golf van Mexico en de Noordzee - nam in rap
tempo toe. Ook kleinere olieproducenten zagen kans hun aandeel te vergroten.
Denk hierbij aan olieproducenten in landen als Brazilië, Maleisië en Oman. In
slechts een paar jaar tijd nam het marktaandeel van de OPEC af van meer dan 50%
tot minder dan een ‘schamele' 33%. Saudi-Arabië nam in 1985 het besluit
marktaandeel terug te winnen door de kranen te openen en de markt te
‘overspoelen' met olie. Het gevolg was een snelle prijsdaling. Dat drukte een
deel van de andere spelers uit de markt. Dezelfde strategie werd herhaald in
2014, ten gunste van marktaandeel maar met een financiële aderlating voor de
hele sector als gevolg.
Nu is de vraag in hoeverre deze ‘dreiging' weer boven de markt hangt. Bij het maken
van olieprijsramingen voor de komende jaren is een aantal factoren van belang
om tot een visie te komen. Een daarvan is een inschatting van de
vraag/aanbodverhouding. De mondiale vraag naar olie zal de komende jaren
gestaag blijven toenemen, naar verwachting met gemiddeld 1,5 mv/d. De
aanbodzijde is lastiger in te schatten. Indien de OPEC het akkoord zoals
verwacht verlengt, zal een groot deel van de groei in de vraag moeten worden
opgevuld door het aanbod uit de VS. Investeringen in de olie-exploratie buiten
OPEC en buiten de VS staan nog steeds op een laag pitje. Bij een hoog blijvende
olieprijs (> USD 60/vat) zal de (schalie-) olieproductie in de VS verder
toenemen. De vraag is hoe sterk deze groei zal zijn. Het Internationaal Energie
Agentschap (IEA) gaf in zijn World Energy
Outlook van afgelopen week aan dat het een groei ziet voor schalieolie van
zo'n 1 mv/d voor de komende jaren. Ik denk dat het IEA daarin te optimistisch
is en dat zij te weinig rekening houdt met stijgende productiekosten op het
gebied van arbeid, infrastructuur en financiering. Factoren zoals geopolitiek,
monetair beleid van centrale banken en technische analyse laten we voor het
gemak in deze aanname even achterwege. Onze inschatting van de aanjagers van de
olieprijs leidde ertoe dat wij onlangs de ramingen naar boven hebben bijgesteld
van USD 64/vat naar USD 75/vat voor eind 2018. Daarmee zijn we de meest
optimistische ‘voorspeller' van de olieprijs geworden (in de polls van
Bloomberg en Reuters).
We kunnen niet genoeg benadrukken dat prijsramingen niets meer zijn dan een momentopname.
Verwachtingen ten aanzien van de productie vallen goed in te schatten op basis
van kostprijs. Maar tegelijkertijd is het haast onmogelijk om in te schatten
wanneer de OPEC - lees Saudi-Arabië - de markt weer even wil laten zien wie de
echte swing-producer is. Dat maakt dat de OPEC, in tegenstelling tot
wat vaak wordt beweerd, niet dood maar juist springlevend is. En niet het
absolute productieniveau in de VS is dus bepalend voor de olieprijs, maar het
marktaandeel van de OPEC. Of de olieprijs nu stijgt of daalt, in beide gevallen
is de kans groot dat de OPEC de veroorzaker is.
Hans van Cleef is senior sectoreconoom energie bij ABN AMRO Bank, @ABNAMROeconomen. Op Twitter is hij actief onder @hansvancleef