Zoeken

‘We moeten het hard en slim spelen tegen China’

Moeten we sneller van het aardgas af? Wat zijn de vooruitzichten voor duurzaam geproduceerde waterstof? Wat betekent de steeds snellere groei van duurzame energiebronnen voor de energievoorziening? Energiepodium vroeg het aan James Watson, tot voor kort secretaris-generaal van Eurogas en inmiddels directeur-generaal van Eurometaux.

Zes jaar lang was James Watson secretaris-generaal van Eurogas in Brussel, de lobbyclub van Europese energiebedrijven die (ook) in de gassector werkzaam zijn. Recentelijk ruilde hij deze functie in voor een andere. Sinds 1 december is Watson daar directeur-generaal van Eurometaux. Bij deze organisatie zijn ondernemingen aangesloten die zich bezighouden met de productie en recyclage van zogeheten non-ferro metalen. Denk daarbij aan aluminium en de grondstoffen die, onder meer, een cruciale rol spelen in de groene elektrificatie van de energievoorziening, zoals lithium en kobalt.

Het is een interessante overstap, omdat juist Eurogas altijd heeft benadrukt dat een eenzijdige nadruk op hernieuwbare elektriciteit het zicht beneemt op een belangrijk feit: dat voor een succesvolle energietransitie oude en nieuwe gassen onmisbaar zijn. De oude, lees aardgas, op korte en middellange termijn; de nieuwe, oftewel biogas, groene waterstof en gedecarboniseerd gas als blijvend onderdeel van een 100% duurzame energiemix. Eurometaux hamert juist op de noodzaak van versnelde elektrificatie.

Vier jaar geleden interviewde ik (Anton Buijs, red.) Watson ook, toen voor de website van GasTerra, het Eurogas-lid waarvan ik destijds manager externe communicatie was. Bij herlezing van dit interview valt me op dat er grosso modo weinig is veranderd aan de positie en vooruitzichten van gas in de energiemix. De standpunten van Watson, ook al draagt hij nu een andere pet, zijn ook niet wezenlijk veranderd. Wel verschoven. Hij meent dat het tempo van elektrificatie veel te laag is. De vraag naar (groene) stroom moet veel sneller omhoog. En de omstandigheden zijn natuurlijk ingrijpend veranderd als gevolg van de fall-out van de Russische aanval op Oekraïne in 2022. Het leek tot die tijd dat Europa tot in lengte van jaren op een eindeloze stroom uit het oosten konden rekenen. Dat is voorbij. Aardgas is in economische zin een schaars product geworden. De vraag of we er niet versneld afscheid van moeten nemen, ligt dus voor de hand.

“Niemand sluit hier nu nog langetermijncontracten met de Russen”

Watson: “Vooropgesteld: aardgas is nodig voor een gelimiteerde periode. Hernieuwbaar gas is waarop we ons moeten richten. Dat vond ik al toen ik bij Eurogas begon, en dat vinden inmiddels veruit de meeste leden van Eurogas ook. Maar je kunt de uitfasering van aardgas niet overhaast uitvoeren. Er is nog te veel afhankelijkheid, daar heeft de invasie van Rusland in Oekraïne niets aan veranderd. Het centrale vraagstuk is hoeveel Russisch gas we kunnen vervangen met LNG uit de VS, Qatar, Azerbeidzjan, wetende dat Noorwegen zo’n beetje tegen de grenzen van zijn mogelijkheden is aangelopen.”

Opmerkelijk is in dat verband dat momenteel Amerikaans LNG geleidelijk aan wordt vervangen door Russisch LNG, stelt Watson. “De vraag is of de Europese Commissie voldoende doet om dat te stoppen. Op dit moment zorgen de sancties er juist voor dat in Europa meer Russisch LNG wordt verbruikt, omdat het niet kan worden gereëxporteerd naar Turkije, India of waar dan ook. Maar dit gezegd zijnde, denk ik dat het Russische gas aan het einde van het decennium vrijwel geheel uit het Europese energiesysteem zal zijn verdwenen. Niemand sluit hier nu nog langetermijncontracten met de Russen. De Europese Commissie heeft gezegd dat we vanaf 2027 helemaal moeten stoppen met de import van Russisch gas. Ik ben het daar in beginsel mee eens. We moeten er wel bij aantekenen dat enkele Eurogas-leden mogelijk leveringscontracten hebben die aflopen in 2030. Dus ik denk dat we dat jaartal moeten aanhouden, omdat niemand de Russen geld wil geven als gevolg van arbitrageprocedures.”

“Wat ik hoop is dat voor elke nieuwe bron, die tientallen jaren mee zal gaan, een oude zal worden gesloten”

Bijzonder is dat Europa nu, uit noodzaak, grote hoeveelheden Amerikaans schaliegas importeert, terwijl tien, vijftien jaar geleden de oppositie tegen de winning ervan wegens de impact op het milieu enorm was.

“Er was inderdaad grote weerstand. Frankrijk verbood de winning, andere landen stelden een moratorium in. Toen ik bij Eurogas begon, was dat allemaal al voorbij. Ik herinner me een Europees-Amerikaanse LNG-conferentie van energieministers, gesponsord door de Europese Commissie, in 2019. Niemand had het daar over fracking. Er was geen protest, niet van NGO’s, van niemand. De Amerikanen (hij lacht) noemden het ‘Freedom Gas’. Bizar. Ik vroeg me af waarom de zaak zo was gekanteld. De realiteit is dat de NGO’s er hun handen vanaf hadden getrokken, wellicht omdat ze toen al tot de conclusie waren gekomen dat het beter was om eerst van het Russische gas af te komen. Om goede redenen trouwens. Je weet hoe het is; als je de Russen op een productielocatie vraagt wat hun methaan-emissies zijn, dan zeggen ze nul, terwijl achter hen een enorme fakkel brandt. ‘Methaan-emissies, nee, hoe komt u erbij?’ Dat is een enorm contrast met Amerikaanse instituties, die er bovenop zitten en op het gebied van emissies voortdurend meer transparantie eisen.”

De olie- en gasconcerns lijken terug te krabbelen en zich onder druk van aandeelhouders weer veel meer te concentreren op hun olie- en gasbusiness, omdat dat nu eenmaal winstgevender is. Verstandig?

“Het is een kwestie van timing. Enkele jaren geleden zeiden ze dat ze vanaf 2030 zouden stoppen met nieuwe extractie. Daar zijn ze nu van teruggekomen door een gebeurtenis die ze niet hadden voorzien: de beëindiging van Russische leveranties. Vooral daardoor kunnen ze weer een hoop geld verdienen door elders te investeren in olie- en gaswinning. Dat ze hun strategie hebben aangepast, is dus niet verrassend. Er is nu eenmaal een marktvraag waaraan moet worden voldaan. Wat ik wel hoop is dat voor elke nieuwe bron, die tientallen jaren mee zal gaan, een oude zal worden gesloten. Als ze gewoon doorgaan met het exploiteren van nieuwe bronnen zonder een plan te hebben voor het sneller sluiten van de bestaande, dan leidt dat tot verhoging van de productiecapaciteit. Dat is niet wat we nodig hebben.”

“De belangrijkste uitdaging is niet het decarboniseren van wat we hebben, het is het verhogen van de stroomconsumptie in diverse sectoren”

Wordt niet voortdurend onderschat hoe snel de verduurzaming gaat? Zowel het IEA als de grote olieconcerns en gespecialiseerde onderzoeksinstellingen hebben de groei van hernieuwbare energie door de jaren heen systematisch onderschat. Inmiddels wijst datzelfde IEA op de exponentiële toename van zonne-energie wereldwijd.

Dat is waar. De snelheid waarmee het aandeel van hernieuwbare energiebronnen groeit, is enorm. In het bijzonder van zonne-energie, omdat het relatief gemakkelijk is om zonnepanelen te installeren en zonneweides aan te leggen. Je hebt daarbij, in tegenstelling tot windmolens, minder last van ‘NIMBY-ism’, vergunningskwesties en dergelijke. Voor offshore windmolens gelden weer heel andere uitdagingen, al zeg ik er meteen bij dat die een enorme kans vormen voor de olie- en gasindustrie. Die zijn al 70 jaar actief in de Noordzee en weten daarom alles van diepzeeconstructies. Ze zouden meer werk moeten maken van offshore wind.”

“Ondanks de onverwacht snelle groei van hernieuwbare energie, gaat het nog lang niet hard genoeg. De oorzaak daarvan is de beperkte capaciteit van de stroomnetten, gecombineerd met het achterblijven van de vraag in specifieke sectoren. Ik las net een rapport van Eurelectric (de Europese organisatie van stroombedrijven, red.), waaruit bleek dat de snelheid waarmee Europa elektrificeert de laatste tien jaar nauwelijks is gegroeid. Het tempo waarmee we in de gebouwde omgeving kolen en aardgas vervangen door groene stroom neemt weliswaar toe, maar de overgang van olie en gas in het transport en de industrie gaat veel te langzaam. We hebben veel meer elektrische auto’s nodig, er moet veel meer vracht per trein worden vervoerd, bedrijven moeten verduurzamen. Met andere woorden: De belangrijkste uitdaging is niet het decarboniseren van wat we hebben, het is het verhogen van de stroomconsumptie in diverse sectoren.”

Hoe beoordeel je in dit verband de kansen van groene waterstof? Die kan de vraag naar duurzame elektriciteit behoorlijk stimuleren.

“Ik geloof daar op zich nog steeds in, maar het duurt te lang. Toen ik zes jaar geleden bij Eurogas begon, dacht ik dat we op dit punt tot 2030 flinke vooruitgang konden boeken, maar dat zit er niet meer in. Dat ligt niet zozeer aan de technologie. De incentives in de wet- en regelgeving die nodig zijn om een waterstofmarkt te creëren, zijn er niet. De doelen voor groene waterstof zijn daardoor nu bescheiden. Ik verwacht een kleine toename van de waterstofvraag in de transportsector en op plaatsen waar grijze waterstof kan worden vervangen of elektriciteit geen optie is, zoals in staalfabrieken. Niet in nieuwe marktniches.”

“We hebben zoveel schroot, dat we onder andere naar landen als China en India exporteren. Dat is onbegrijpelijk”

In je nieuwe baan bij Eurometaux heb je met een andere bottleneck te maken: metalen. Die hebben we nodig voor de elektrificatie, maar moeten we voor een belangrijk deel halen uit landen die, voorzichtig gezegd, niet per definitie onze vrienden zijn, terwijl de winning vaak onder barre omstandigheden plaatsvindt. Kan Europa die afhankelijkheid substantieel verminderen?

“Laten we eerlijk zijn: mijnbouw is een andere uitdaging voor Europa. We hebben daarvoor met net zo veel ‘NIMBY-ism’ te maken als bijvoorbeeld de bouwers van onshore windparken. Dat is heel jammer, want het is goed mogelijk om moderne mijnen op een heel duurzame manier te exploiteren. Wie mijnen wil openen, adviseer ik dat vooral hier te doen, want we hebben het strengste milieu- en sociale beleid.”

“Een ander kansrijk gebied is de ontwikkeling van een circulaire economie. We hebben zoveel schroot, dat we onder andere naar landen als China en India exporteren. Dat is onbegrijpelijk. We zouden het daarom gemakkelijker moeten maken voor onze bedrijven om schroot te recyclen. Daarmee kunnen we onze afhankelijkheid van buitenlandse mijnen fors verminderen. Dat betekent niet dat we daar geen zaken meer mee zouden doen, maar wel dat de recyclebedrijven beschermd worden tegen oneerlijke concurrentie.”

Vooraanstaande economen houden ons voor dat vrijhandel beter is dan protectionisme. En uiteindelijk hebben we die grondstoffen wel nodig.

“Zeker, maar ik bepleit ook niet dat we de grenzen sluiten voor importen. We moeten het hard én slim spelen. China heeft er geen enkel belang bij om ons als exportbestemming te verliezen. Daarom moeten we onderhandelen. Als we niet oppassen, worden we binnenkort overspoeld door goedkoop aluminium uit India en China. Dat lijkt leuk voor de auto-industrie, maar uit een oogpunt van de strategische autonomie die de Europese Commissie zegt na te streven, is het rampzalig als onze aluminiumsmelterijen moeten sluiten.”

“Trump zal waarschijnlijk een paar stomme dingen doen, maar ik verwacht niet dat hij in staat is een fundamenteel andere koers te kiezen”

We zien momenteel een ruk naar rechts in Europa, zowel in de lidstaten als in het Europees Parlement. Denk je niet dat dit het stimuleren van hernieuwbare alternatieven juist zal bemoeilijken?

“De politiek is een soort pendulum. In 2019, toen de vorige Europese Commissie begon, protesteerden hier voor het Berlaymontgebouw kinderen die zich zorgen maken over hun toekomst. Er was een recordaantal groene parlementsleden. De Green Deal werd ontworpen. Nu lijkt er een soort terugslag te zijn, maar ik denk niet dat er minder aandacht zal zijn voor milieuvraagstukken, ook al omdat we dezelfde Commissiepresident hebben (Ursula von der Leyen, red.). Vergeet niet dat we in die vijf jaar een pandemie hebben gehad, een economische teruggang én de invasie van de Russen in Oekraïne. We zitten daardoor nu in een andere situatie. Veel mensen hebben hun baan verloren, voelen het koopkrachtverlies – loonerosie noem ik het – en zijn dus boos. Dat is koren op de molen van populistisch rechts.”

“Maar ik ben niet pessimistisch. Europa heeft met de Green Deal een duidelijke route uitgezet. Ik spreek geregeld met de leiders van industriële bedrijven. Die willen maar één ding: zekerheid. Zij vertellen mij: ‘Als je ons het ene jaar verplicht dat we de interne verbrandingsmotor vóór 2035 moeten uitfaseren, vertel ons dan niet het volgende jaar dat dit toch niet nodig is. Zo kunnen wij geen zaken doen. Zorg in plaats daarvan dat we kunnen concurreren met de Chinezen.’”

“Dus de politieke pendulum mag dan heen en weer gaan, ik denk niet dat dit veel verandert aan de uitgangspunten. Trump zal waarschijnlijk een paar stomme dingen doen, zoals opnieuw uit het Klimaatakkoord van Parijs stappen. Maar ik verwacht niet dat hij in staat is een fundamenteel andere koers te kiezen. Zal zijn grote vriend Elon Musk accepteren dat de toekomst van Tesla op het spel wordt gezet? Ik geloof er niets van.”

Tekst: Anton Buijs