Zoeken

Miljardenplannen

Auteur

Coby van der Linde

De Commissie Von der Leyen lanceert het ene na het andere plan: het Concurrentie Kompas, de Schone Industrie Overeenkomst, het Betaalbare Energie Actieplan en het Herbewapen Europa Plan (Rearm Europe Plan). Coby van de Linde ziet de miljardenplannen over elkaar heen tuimelen. “In Nederland ontstond meteen ruis op de politieke lijn over het mogelijk aangaan van Europese schulden. Inmiddels klopt de industrie stevig op de deur van de overheid om de energiekosten op korte termijn te verminderen, netwerkbedrijven moeten de investeringen financieren en defensie wil meer hard- en software ter afschrikking.”

Flink wat EU-lidstaten hebben het begrotings- en nationale schuldhuis niet op orde. Alle oproepen ten spijt om meer ‘samen’ te doen in Europa, zal de nationale economische slagkracht de uitgaven bepalen. Kijk er de nationale schulden en begrotingstekorten van de lidstaten maar op na. Daarnaast is het niet moeilijk om te voorspellen dat naarmate de geopolitieke druk toeneemt, de roep om Europese financiering verder zal toenemen. Dat wordt nog leuk.

“Onze verslechterde concurrentiepositie binnen Europa vindt plaats in een tijd waar de concurrentiepositie van de hele Europese industrie onder druk staat”

De Europese Commissie stelt voor om voor defensie-uitgaven het Stabiliteitspact op te rekken door gebruik te maken van een nationale ontsnappingsclausule. De voorstellen voor Europese financiering van de defensie-uitgaven betekenen dat, op 150 miljard na, de Europese uitgaven uit de nationale begrotingen moeten komen. In dat spendeergeweld is het zaak om de andere prioriteiten op het gebied van energie en industrie niet uit het oog te verliezen, of beter nog, deze vanwege de strategische waarde nadrukkelijk te betrekken in deze uitgaven. Immers, de (basis)industrie die nu in de knel zit door hoge energiekosten ten opzichte van concurrenten in de VS en China/Azië, is onderdeel van de waardeketen met veel defensietoepassingen en de energietransitie. De Amerikaanse handelstarieven komen daar nog bij. Bovendien is het economisch verstandig als een flink deel van die voorgenomen 800 miljard in de EU tot besteding kan komen en te zorgen dat om strategische redenen daarvan ook een deel gaat naar industrie en de voorzieningszekerheid van (koolstofarme) energie. Zo werd dat in Duitsland door de Groenen afgedwongen in ruil voor steun aan het oprekken van de rem op schulden (Schuldenbremse). Een dergelijke aanpak zou best goed uitkomen voor Nederland, waar recent het uitstekende IBO-rapport Schakelen naar de Toekomst (maart 2025) verscheen. Dit rapport trok de aandacht vanwege de flinke kosten die worden ingeschat voor de verzwaring en uitbreiding van het elektriciteitsnetwerk.

Het IBO-rapport analyseert het tot nu toe ondoordachte aanvliegen van de energietransitie, zonder acht te slaan op de volgordelijkheid van de stappen die nodig zijn om een transitie met succes en tegen zo laag mogelijke maatschappelijke kosten te volbrengen. Maar beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald, zullen we maar denken. Het is opmerkelijk dat er aan het transitieavontuur is begonnen zonder ons voldoende af te vragen wat de uiteindelijke sociaaleconomische gevolgen zouden zijn van het ongecoördineerde stimuleren van het aanbod en de vraag ten opzichte van de netcapaciteit. Net als dat het bijzonder is om te constateren dat voldoende sturing op tijd, plaats en ruimte kennelijk onnodig werd gevonden als noodzakelijke randvoorwaarde voor het slagen ervan.

De financiering van het uitbreiden en versterken van het Nederlandse elektriciteitsnet via de energierekening staat nu ter discussie. Vanwege ongewijzigd beleid zorgt dit voor een flinke stijging van de netkosten die de betaalbaarheid in het geding brengen voor consument en bedrijfsleven. De industrie trok al eerder aan de bel over de aanzienlijk hogere stroomkosten in Nederland ten opzichte van de buurlanden. Dat is problematisch omdat deze verslechterde concurrentiepositie binnen Europa plaatsvindt in een tijd waar de concurrentiepositie van de hele Europese industrie onder grote internationale druk staat door hogere energiekosten en verschillende handelspolitieke praktijken (zie een recente CIEP studie).

“Het belang van de offshore windenergie neemt flink toe en daarmee ook de kosten van de beveiliging van de kritieke infrastructuur op zee”

Het IBO-rapport past dus goed in de Europese plannenwaterval. De Europese Commissie kwam op 26 februari 2025 met een actieplan voor betaalbare energie, COM (2025) 79 final, waarin onder andere de betaalbaarheid en de wijze waarop netwerkkosten en de belastingen en heffingen in rekening worden gebracht, wordt besproken. Er wordt gepleit voor eenzelfde methodiek in de lidstaten en voor een grotere spreiding in de tijd. Eenzelfde geluid klinkt in de IBO.

Hoe zijn dan al die plannen met elkaar in verband te brengen? De elektrificatie waar groots op wordt ingezet, klinkt ook zwaar door in de Europese plannen. Wat nog mist is een discussie over het feit dat elektrificatie mogelijk ook zorgt voor grotere kwetsbaarheden in een ongure internationale wereld. Het belang van de offshore windenergie neemt flink toe en daarmee ook de kosten van de beveiliging van de kritieke infrastructuur op zee. Daar zal ook meer budget voor moeten worden vrijgemaakt. Er wordt bovendien nog te weinig nagedacht over de noodzaak van alternatieven in de vorm van gassen en vloeistoffen om het elektriciteitssysteem te ontlasten als het eropaan komt. Daar betrouwbaarheid van de energievoorziening en een robuuste economie een voorwaarde zijn voor een gedegen veiligheidsstrategie lijkt een koppeling van de verschillende dossiers voor de hand te liggen.

In de plannenwaterval lijkt er een verbinding te kunnen worden gemaakt tussen alle dossiers. Laten we hopen dat ze een dergelijke aanpak voor elkaar krijgen en dat een gezond aandeel van de voorziene bestedingen bij Nederlandse en Europese bedrijven terecht komt. In dat geval krijgt de belastingbetaler wellicht nog wat waar voor zijn belastinggeld in plaats van alles te moeten bestellen bij de spreekwoordelijke ‘Amazon’s’ of ‘Ali Baba’s’ van deze wereld.

Coby van der Linde

Coby van der Linde, senior fellow Centre for International Energy Policy (CIEP)