Zoeken

Netbeheerders blijf bij je leest

Auteur

Rik Harmsen

Rik Harmsen ziet dat de netbeheerders het druk hebben. De netten moeten robuuster, zwaarder en slimmer. En het moet vandaag of liever gisteren. Ga er maar aan staan. Iedereen moet met spoed worden aangesloten en iedereen vindt dat hij of zij recht heeft op voorrang. En ondertussen moet het systeem blijven werken. Op een zeer hoog niveau. Want dat zijn we gewend, overigens met goede redenen. Dunkelflautes? Mag de netbeheerder oplossen. Een zonnige dag met lekker veel wind? Regel het maar. Een nieuwe woonwijk met allemaal warmtepompen en laadpalen? Succes met plannen. En natuurlijk, partijen die stroom leveren hebben programmaverantwoordelijkheid. Maar als het net uitvalt dan wordt er maar naar één speler gekeken: de netbeheerder.

Het net is in publieke handen en daar zijn hele goede redenen voor. De netbeheerders worden gecontroleerd door de aandeelhouders: de provincies, gemeenten en de rijksoverheid. Daarnaast ziet de ACM toe op redelijke en eerlijke nettarieven. Het kader staat en op hoofdlijnen functioneert het stelsel goed.

Netbeheerders zijn de laatste jaren fors gegroeid en dat was broodnodig. Het elektriciteitsnet is fors uitgebreid en wordt op heel veel plekken ook slimmer gemaakt. Tegelijk stapelen de problemen zich op en vragen veel partijen zich af of dit niet beter had kunnen worden voorzien. En dat terwijl we nog maar aan het begin staan van deze ontwikkeling. De komende decennia is nog een investering van circa 200 miljard nodig. Dat is een fors bedrag, maar voor een land met een BNP van een slordige 1000 miljard euro moet dat in 25 jaar wel zijn op te brengen. De vraag is wie dat gaat betalen. De producenten? De afnemers? De netbeheerders? De belastingbetaler? Hoe we de kosten ook verdelen, uiteindelijk zullen we deze investering met elkaar moeten dragen.

De vraag is hoe richten we het systeem voor íedereen zo optimaal mogelijk in? Hoe zorgen we voor de laagste maatschappelijke kosten? Daarover kun je een aardig debat voeren, alleen gebeurt dat nauwelijks. Uiteraard bekijkt elke partij het vanuit zijn eigen perspectief en belangen. De afnemers van elektriciteit vinden dat de kosten wel wat eerlijker verdeeld mogen worden, lees: dat de producenten ook gaan meebetalen en de producenten waarschuwen vervolgens weer voor de risico’s daarvan. Het gaat om investeringen die daarna voor maatschappelijke waarde zorgen. Daarom kijkt de minister naar de mogelijkheden om de kosten wat meer te spreiden over de tijd. Maar “Tennet en Netbeheer Nederland, de branchevereniging van netbeheerders, zijn ‘niet overtuigd’ van het voorstel, blijkt uit reacties. Zij vrezen onzekerheid.”

“Ze zijn ook bang voor het scenario dat “het beoogde aantal gebruikers in de toekomst niet wordt behaald, bijvoorbeeld omdat bedrijven en de bevolking minder hard groeien dan ingeschat”

Dat is nog wel voorstelbaar, het gaat om veel miljarden en die moeten terugbetaald worden. Maar ze zijn ook bang voor het scenario dat “het beoogde aantal gebruikers in de toekomst niet wordt behaald, bijvoorbeeld omdat bedrijven en de bevolking minder hard groeien dan ingeschat. Dan zouden de kosten per gebruiker in de toekomst hoger uitvallen dan nu gedacht en ‘zadelen we de volgende generatie met hoge kosten op’, zegt een woordvoerder.”

Inhoudelijk klopt dit, de vraag is wel of dit het probleem van de netbeheerder is of van de overheid. Want zodra het over tarieven gaat wordt er naar de overheid (en soms de ACM) gekeken. En dat is terecht. Netbeheerders zijn zoals gezegd publieke monopolisten en daarom fors gereguleerd. Het is prima en nuttig als de netbeheerders een dergelijk voorstel bekijken en hierover adviseren zodat de overheid een afgewogen keuze kan maken. Maar vaak gaan netbeheerders verder. Een stuk verder.

Neem bijvoorbeeld de discussie over congestiemanagement. Het instrument mocht al jaren vrijwillig worden gebruikt maar sinds 2022 is het voor netbeheerders verplicht om toe te passen in geval van transportschaarste bij afname of invoeding. Enerzijds zorgt dit ervoor dat de partij afschakelt die bereid is dit te doen voor de laagste vergoeding. Anderzijds geeft het een prikkel aan de netbeheerder om te investeren in de knelpunten waar de congestie het grootst is en dus de kosten het hoogst zijn. Daarmee zorgt dit dus voor de laagste maatschappelijke kosten omdat de vergoedingen zo laag mogelijk worden gehouden en de knelpunten met de hoogste kosten als eerste worden aangepakt. Toepassing hiervan gaat met horten en stoten maar het begint van de grond te komen. De ACM heeft daarnaast ook acht andere instrumenten gepresenteerd om knelpunten aan te pakken. Kern van deze instrumenten is dat producenten en/ of afnemers de mogelijkheid krijgen om een deel van hun rechten in te leveren in ruil voor een vergoeding. Het is logisch en verstandig om de netbeheerders over dit soort maatregelen te laten meedenken.

Maar netbeheerders gaan dus regelmatig een stap verder. Een voorbeeld hiervan is de goedkeuring door de ACM van de ATR85. Hiermee krijgt een afnemer voor 85% van de tijd het recht op capaciteit. De overige 15% van de tijd bestaat dit recht niet en moet de afnemer dus afwachten of er voldoende capaciteit is. Het verschil met de congestiemanagement is dat hiervoor geen vergoeding wordt gegeven door de netbeheerder. En van wie kwam dit voorstel? Van de netbeheerders. Zij zijn dan ook opgetogen dat de ACM dit voorstel heeft overgenomen. Voordeel hiervan is dat de netbeheerders minder geld kwijt zijn aan vergoedingen en dus de nettarieven lager kunnen blijven. Maar tegelijk heeft de afnemer of producent er een deels oncontroleerbaar risico bij. Bovendien verdwijnt de prikkel bij de netbeheerder om het gebrek aan capaciteit op te lossen. De vraag is dus of dit tot de laagste maatschappelijke kosten leidt.

Zolang dit instrument vrijwillig wordt toegepast - dus met instemming van de gebruiker - is er nog iets voor te zeggen maar de vraag is hoe vrijwillig het daadwerkelijk is. Mogelijk wordt dit instrument ingezet bij toekomstige tenders voor wind op zee. Natuurlijk staat het iedereen vrij om al dan niet een bod te doen maar als voor 15% van de tijd geen zekerheid van transport kan worden geboden dan denken aanbieders nog wel een keer goed na voordat ze meebieden.

“Het is goed dat netbeheerders aandacht voor netcongestie vragen. Maar expliciet pleiten voor voorstellen die de kosten en risico’s bij andere partijen leggen is het andere uiterste”

Waarom pleiten de netbeheerders hier zo hartstochtelijk voor en passen ze niet gewoon congestiemanagement toe? Dat is een vraag die de netbeheerders het beste zelf kunnen beantwoorden maar wie door de oogharen kijkt, ziet dat netbeheerders regelmatig waarschuwen voor hoge nettarieven. En die zorg is begrijpelijk. Hoge tarieven hebben stevige maatschappelijke consequenties. Ze tasten bijvoorbeeld het concurrentievermogen van de industrie aan en zorgen voor problemen voor mensen met een laag inkomen. Het is goed dat netbeheerders hier aandacht voor vragen en voorstellen doen. Maar expliciet en hardnekkig pleiten voor voorstellen die de kosten en risico’s bij andere partijen leggen is het andere uiterste. Bovendien kunnen die voorstellen leiden tot hogere energiekosten.

En deze pleidooien gaan ver. Zo pleitte de CEO van Tennet onlangs voor het invoeren van een Contract for Difference voor nieuwe wind op zeeprojecten. Dus eerst pleiten voor een ATR85 die de risico’s zonder vergoeding legt bij partijen die inschrijven voor de komende tender(s) en als dat tot te grote risico’s leidt de overheid vragen om deels garant te staan voor de risico’s…

Dat is een wel heel omslachtige manier terwijl het veel simpeler kan: de netbeheerder neemt deze risico’s en kosten op zich waardoor ze uiteindelijk ook bij de aandeelhouder, het Rijk dus, komen te liggen.

Ook voor eigenaren van zonnepanelen heeft de netbeheerder een boodschap: dat tarief mag wel verdubbelen. Wederom, de argumentatie is best redelijk maar waarom zou de netbeheerder hier überhaupt een mening over moeten hebben? Laat staan dit op vrij dwingende toon naar voren brengen?

En dit gaat specifiek om eigenaren van zonnepanelen. Maar Netbeheer Nederland pleit ook al een tijd lang openlijk voor het invoeren van een invoedingstarief. Nu betalen alleen de afnemers van stroom. Het is goed om te kijken of ook producenten van elektriciteit mee moeten gaan betalen maar dat heeft natuurlijk wel consequenties die goed moeten worden afgewogen tegen de voordelen ervan. Zo waarschuwt Energie Nederland voor de potentieel grote gevolgen voor de kosten voor gebruikers en de voortgang van de energietransitie.

De vraag is, waarom willen netbeheerders zo graag dat ook leveranciers voor netkosten gaan betalen? Voor hen is toch primair van belang dat hun kosten worden gedekt? Netbeheerders zijn toch publieke spelers die uitsluitend aan het maatschappelijk belang denken? Ja in theorie wel maar netbeheerders hebben ook een eigen belang. Of beter gezegd, ze moeten evenwicht zien te houden tussen verschillende belangen. Uiteraard het net zelf: dat moet robuust en veilig zijn én snel worden uitgebreid. Daarnaast moeten de netbeheerders rekening houden met hun publieke aandeelhouders. En daar zit behoorlijk wat spanning tussen.

“Bovenstaande is allemaal goed voorstelbaar maar netbeheerders moeten zich ook bewust zijn van hun positie. Een publieke monopolist is machtig, zeer machtig”

Maar dit verklaart nog niet de voortdurende roep om de nettarieven betaalbaar te houden. Zoals gezegd, is dat van maatschappelijk belang maar meer investeren in robuuste netten is dat óók. Het is lastig om hier de vinger achter te krijgen maar zou het zo kunnen zijn dat netbeheerders ook mensen zijn die het vervelend vinden als de nettarieven stijgen en zij daar op aangekeken worden? Ook als de reden daarvoor buiten hun macht ligt? Of dat ze zich oprecht zorgen maken over de gevolgen van hogere nettarieven?

Bovenstaande is allemaal goed voorstelbaar maar netbeheerders moeten zich ook bewust zijn van hun positie. Een publieke monopolist is machtig, zeer machtig. Een klant kan immers niet overstappen. Een klacht indienen of een rechtszaak aanspannen kan, maar je komt elkaar daarna in de praktijk wel weer tegen en dus zijn klanten (zeer) terughoudend.

En netbeheerders gebruiken hun invloed. De netbeheerders zelf hebben medewerkers in dienst die bij gemeenten, provincies en in regionale energiestrategieën het belang van de netbeheerder naar voren brengt. En de koepel Netbeheer Nederland is zowel voor als achter de schermen veel aanwezig bij ministeries en in de Tweede Kamer. Bovendien zijn netbeheerders ook actief binnen de Nederlandse Vereniging Duurzame Energie waardoor hun stem ook daar doorklinkt.

Dus netbeheerders hebben een grote verantwoordelijkheid en proberen die zo goed mogelijk in te vullen. Het is daarbij nuttig en noodzakelijk om de kosten, risico’s en mogelijkheden van diverse beleidsmaatregelen scherp naar voren te brengen. Maar laat de besluiten, óók impliciet, bij de partijen die daarvoor aan het roer staan: de ACM als scheidsrechter en het ministerie aangestuurd door de minister die democratisch wordt gecontroleerd door de Tweede Kamer.

Kortom, beste netbeheerder, doorgaans is de waardering voor jullie inzet en werk hoog maar wees je bewust van je eigen belangen, positie en rol.

Rik Harmsen

Rik Harmsen is specialist in energiebeleid. Rik is te volgen via Blusesky Rik Harmsen (@rikharmsen.bsky.social) — Bluesky en LinkedIn (1) Rik Harmsen | LinkedIn