De afgelopen decennia ging het in de politiek en bij het opstellen van klimaat- en energieakkoorden nagenoeg enkel over duurzaamheid. Hoe kunnen we de CO2-uitstoot terugdringen en zoveel mogelijk investeren in hernieuwbare energie. Zon, wind, biomassa, CCS en zelfs kernenergie kwamen en zijn in beeld. Nu zien we dat we tegen nieuwe grenzen aanlopen. Dat heeft onder andere te maken met het die tweede ‘hoek’: betaalbaarheid. Mensen willen eerst eten, drinken, wonen, werk en veiligheid hebben, voordat verduurzaming in beeld is. Inderdaad, Maslow. In Nederland, maar eveneens elders in Europa en de wereld is deze betaalbaarheid een serieus issue. TNO heeft enkele rapporten uitgebracht over energie-armoede en wat dat betekent. Niet ieder huishouden is in staat (snel) te verduurzamen, zonnepanelen te leggen of andere duurzame investeringen te doen. Toeslagen en het Energienoodfonds helpen slechts ten dele. Overigens is er ook bij de happy few sprake van een soort van energie ‘armoede’. Nu subsidies voor hybride en elektrische auto’s en andere (fiscale) maatregelen verdwijnen en de salderingsregeling voor zonne-energie verdwijnt, zien we dat de armlastige moderne duurzame burger terugkrabbelt.
De derde hoek van de drieslag kwam afgelopen jaren steeds meer in de verdrukking. Leveringszekerheid bleek en blijkt het echte probleem. Schaarste aan grondstoffen, arbeidskrachten en netwerken zorgen voor een rem op de verduurzaming van energie en heeft een negatieve invloed op de betaalbaarheid. De believers gooiden voor de versnelling nog eens extra wet- en regelgeving in de arena en de kritischer mensen werden en worden steeds geïrriteerder. Verduurzaming wordt steeds ingewikkelder door grenzen in deze leverings- of voorzieningszekerheid. Nu is dat niet het echte probleem, want eigenlijk hebben we genoeg energie en zeker elektriciteit.
“Het ‘Vivaldi Vier Jaargetijden’-effect: het voorjaar heeft wind en zon, de zomer zon maar geen wind, het najaar wind maar geen zon en de winter mist beide. Hoe gaan we hiermee om?”
Daarom gaat tegenwoordig, terecht, veel aandacht uit naar een vierde element: de regelbaarheid. We moeten de hoeveelheid energie/stroom beter organiseren en ‘regelen’, hetgeen onder andere te maken heeft met de weersomstandigheden: zon en wind; tijdstip en locatie zijn dan relevant. Eerder sprak collegacolumnist Marc Londo op deze site over het ‘Vivaldi Vier Jaargetijden’-effect: het voorjaar heeft wind en zon, de zomer zon maar geen wind, het najaar wind maar geen zon en de winter mist beide. Hoe gaan we hiermee om? Regelbaarheid! Kunnen we elektriciteit opslaan in grote batterijen, kleinere buurt- en huisbatterijen of hebben we netwerken, die strategisch, slim en snel stroom kunnen transporteren? Wat is mogelijk op het gebied van nudging: zie de oproep om tussen 16.00 en 21.00 uur terughoudend te zijn met elektriciteitsgebruik. Een soort ‘middag-vroege avondklok’ uit het corona-tijdvak. TenneT ziet die regelbaarheid steeds meer als haar kernactiviteit. In april maakte het bedrijf bekend dat bedrijven zogenaamde ‘tijdsduurgebonden contracten’ kunnen sluiten. Dit houdt in dat ondernemingen stroom kunnen afnemen buiten de piekuren, waardoor de dan overtollige stroom slim gebruikt wordt. Noem het de ‘Dalurenkaart’ van de NS of de tegenpool van de nooit ingevoerde spitsheffing op de snelweg. Capaciteit van netwerken wordt dan efficiënt gebruikt. Ook lanceerde TenneT onlangs met elf andere Europese netbeheerders het plan om een gezamenlijk stroomnet in de Noordzee te ontwikkelen om hiermee een robuust en onafhankelijk energiesysteem in Europa te creëren; slimmer omgaan met geld, netwerken en capaciteit. In mei hield TenneT een pleidooi om gascentrales beschikbaar te houden om tekorten te kunnen opvangen; middels een beschikbaarheidsvergoeding. Waterstof, de eeuwige belofte, is een andere vorm van opslagmogelijkheid en regelbaarheid. Windparken en zonneparken zullen in de toekomst eveneens een belangrijke rol spelen in de regelbaarheid, betoogt Remco Boersma van Ventolines; voortdurend zoekend naar balans. Eigenlijk zoeken we nog steeds de overzichtelijkheid van vroeger, een 25-tal kolen-, gas- en kerncentrales. Echter met miljoenen productielocaties (zonnepanelen en windmolens) is dat complex. Maar het mooie is dat veel ondernemingen, van nieuwe startups tot gevestigde netbeheerders en energiebedrijven, bezig zijn met oplossingen om de regelbaarheid voor elkaar te krijgen.
Zijn we er nu als we de vierhoek van duurzaamheid, betaalbaarheid, leveringszekerheid en regelbaarheid compleet hebben? Neen. Voorspelbaarheid is een vijfde element, variabele, die relevant is. Waar de andere vier nog iets van rationaliteit in zich hebben, is dat bij voorspelbaarheid allerminst. Omdat hier grillig gedrag, impulsen van mensen, onbestendigheid van het weer, zigzagbeleid van overheden en opportunisme van een politici een prominente rol spelen. En wanneer de driehoek een vijfhoek geworden is, spreken we van een pentagon. Pentagon, tevens de naam van het Amerikaanse ministerie van Defensie en inmiddels bijna symbool van onvoorspelbaarheid. En als mijn spellingscorrector consequent voor regelbaarheid ‘regeerbaarheid’ suggereert, dan is de zeshoek, de hexagoon, compleet. Behoefte aan regeerbaarheid.